DE ZEVENDE GROEP:
A. De bal naar links en rechts slaan
B. Handwerken op de zeebodem
C. Met de arm ontwijken
A. DE BAL NAAR LINKS EN RECHTS SLAAN
1-2. Draai het lichaam een beetje naar links en zet de linkervoet voor de rechtervoet. Hurk neer en til je rechterhiel op. Hou tegelijkertijd de handen voor de borst alsof je een bal vasthoudt, met de linkerhand boven de rechterhand.
3. Sleep de rechtervoet tot naast de linkervoet en raak alleen met de tenen de grond aan. Kijk naar je linkerarm.
4-6. Draai het lichaam naar rechts, doe met de rechter-voet een stap naar voren en hou het linkerbeen gestrekt, buig de rechterknie. Til tegelijkertijd de rechterhand op en hou hem rechts van je voorhoofd met de palm naar boven. Laat de linkerhand zakken en duw hem naar voren tot op ooghoogte met de palm naar voren. Kijk naar je linkerhand.
7-8. Breng je gewicht lang-zaam naar achteren zodat de tenen van je rechtervoet naar buiten draaien. Steun op het rechterbeen, sleep de linker- voet naast de rechtervoet met de linkerhiel opgetild. Hou tegelijkertijd de handen voor de borst alsof je een bal vast-houdt, de rechterhand boven de linkerhand en kijk naar je rechterarm.
9-11. Herhaal stap 4-6 in tegenovergestelde richting.
B. HANDWERKEN OP DE ZEEBODEM
1-2. Doe met de rechtervoet een halve stap naar voren, steun op het rechterbeen, til de linkervoet op en laat je tenen naar de grond wijzen. Draai tegelijkertijd je lichaam een beetje naar rechts en beweeg je gebogen rechterhand naar beneden en weer omhoog tot naast je rechteroor. Draai het lichaam naar links en laat je rechterarm naar voren vallen met de palm naar links. Til tegelijkertijd je linkerhand naar voren op, laat hem dan gebogen zakken en leg hem op de linkerheup met de palm naar beneden. Kijk naar je rechterhand.
C. MET DE ARM ONTWIJKEN
1. Draai je bovenlichaam een beetje naar rechts en doe met je linkervoet een stap naar voren, hou je rechterbeen gestrekt en buig de linkerknie.
2. Til tegelijkertijd de rechter-hand op, buig de elleboog en hou de hand aan de rechterkant van je voorhoofd met de palm naar boven.
3. Til tegelijkertijd je linkerhand op en duw hem naar voren tot op borsthoogte met de palm naar voren. Kijk naar je linkerhand.